In 1122 kreeg Utrecht stadsrechten. Kort daarna is het zuidelijke deel van de Oudegracht gegraven, tussen de huidige Gaardbrug en de Vollersbrug. Bisschop Godebald had toen twee van de vier jaarmarkten verplaatst naar een terrein langs deze nieuwe gracht, ‘apud novum fossatum’, zoals in deze oorkonde staat. Het ging om de jaarmarkten die ten tijde het feest van Maria Geboorte (8 september) en ten tijde van Sint Maarten (11 november) werden gehouden. De jaarmarkten met Pasen en ten tijde van Sint Jan (24 juni) bleven in de handelswijk die Stathe genoemd werd, ‘que Stathe nominatur’. Maar de marktbezoekers en veel Utrechts burgers waren daar niet tevreden over. Bisschop Godebald besloot daarom in 1127 dat de kooplieden, de ‘mercatores’, voortaan zelf mochten bepalen waar de jaarmarkten plaats zouden vinden. Het besluit is op 2 oktober 1127 vastgelegd in deze oorkonde.
Herkomst
Maker |
Onbekend |
Datering |
2-10-1127 - 2-10-1127 |
Collectie |
701 |
Organisatie |
|
Nummer |
39-1 |
Link |
https://hetutrechtsarchief.nl/onderzoek/resultaten/archieven?mivast=39&miadt=39&mizig=210&miview=inv2&milang=nl&micols=1&micode=701&mip2=39-1 |
Gerelateerde thema's
Beschikbare tools
Overzicht van bron(nen) op de kaart
Overdekte markt Mariaplaats
Korenbeurs op de Neude
Korenmarkt op de Neude
De Varkensmarkt
De Vismarkt
Jaarmarkten
Vrijgeleide aan de kooplieden in Utrecht
Stadskraan bij de waag
Zuivelmarkt op de Bakkerbrug
Veemarkt op het Vredenburg
Oorkonde over de jaarmarkten
Markt op de Mariaplaats
Jaarmarkt op de Mariaplaats
Luizenmarkt op de Neude
Het melken van een koe op de markt
Gevelsteen ‘In de korenaren’
Fruitverkoopster Antje van Muyen-de Bruin
Stadsbuitengracht met schepen
Hoge Korenmarkt op de Oudegracht
Kaasmarkt op het Paardenveld
Paardenmarkt op het Vredenburg
De laatste veemarkt op het Vredenburg