Op 1 augustus 1674 (Gregoriaanse kalender; volgens de Juliaanse kalender was het 22 juli) trok een verwoestende storm over de provincie Utrecht. De storm begon in Frankrijk, bij Parijs, en trok noordwaarts over Bergen (9 doden), Brussel (hagelstenen als knikkers) en Antwerpen. Tussen zes en zeven uur bevond de storm zich boven Antwerpen, om half acht boven Utrecht en trok daarna verder over Nederland. Huizen en molens werden opgetild, ontelbare kerktorens sneuvelden. Toch waren er ook panden die de storm vrijwel ongeschonden doorstonden, kenmerkend voor een tornado.
In de provincie Utrecht stortte de kerktoren van Jutphaas in, de kerken van Houten, Bunnik en Vleuten zijn zwaar beschadigd. In Benschop was het dak van de kerk af, de kerktoren van IJsselstein had schade. In Den Bilt was de molen van de weduwe van Meijndert Jans van Milden omgewaaid. Ook tal van watermolens waren beschadigd, sommige ook omdat ze door de wind op hol waren geslagen en in brand vlogen.
Wat in Utrecht vooral in de herinnering is gebleven, is het instorten van het schip van de Utrechtse Domkerk. Maar er was in en rond de stad veel meer schade.
Het dak van de Buurkerk was weg, de torens van de Pieterskerk vielen door het dak van de kerk en de naastgelegen stalhouderij, de toren van de Jacobikerk met het nieuwe klokkenspel viel, gevels van huizen stortten in, de meeste molens op de wallen waaiden om, de kaatsbaan in de Zuilenstraat stortte in, vrijwel alle bomen waren weg, zowel van de wallen als op het Janskerkhof en andere plaatsen in de stad, de zaagmolen buiten de Tolsteegpoort was omgewaaid, schepen in de stadsbuitengracht waren beschadigd, koetsen met passagiers waaiden om waarbij doden vielen.
Het dwarsschip en het koor van de Domkerk bleven jarenlang open voor weer en wind. De brokstukken van het schip lagen op wat nu het Domplein is. Herman Saftleven documenteerde de situatie in opdracht van het stadsbestuur. De serie tekeningen die hij van de Dom en de Pieterskerk maakte, bleven in het bezit van het stadsbestuur en behoren nu tot de collectie van Het Utrechts Archief.
Het stadsbestuur bleef aandringen bij het Domkapittel op herstel of minstens op het dichtmaken van het dwarsschip omdat door het openstaan meer schade zou ontstaan. In 1677 was het eindelijk zo ver.