Na 13 mei 1943 verbood de Duitse bezetter het luisteren naar bepaalde radiostations, zoals Radio Oranje en BBC. Op deze radiozenders werden bijvoorbeeld updates gegeven over het Nederlandse koningshuis en over de geallieerden. Er werd een vorderingsactie georganiseerd waarbij burgers hun radiotoestellen zelf konden inleveren op verschillende locaties van de gemeente. Een voorbeeld daarvan zie je op de foto. Deze vorderingsactie was niet echt vrijwillig - burgers werden op deze manier min of meer gedwongen om hun radiotoestellen in te leveren. Zo werd er voor hen bepaald welk nieuws ze te horen krijgen en konden ze de verzetsstations niet meer beluisteren.
De krant was ook in Duitse handen en ook deze werd streng gecensureerd. Verzetskranten verspreidden zich wel, maar bereikten lang niet iedereen.
Aanleiding van het verbod op radiotoestellen waren de april-mei stakingen in Nederland. Tot aan 1943 was het werken in een Duitse fabriek vrijwillig voor Nederlandse burgers. Door grote verliezen van Duitsland door de Russische aanvallen, werd er veel gebied en daarmee veel arbeid verloren. Als reactie namen de Duitsers Nederlandse soldaten gevangen en verplichtten hen te werken in fabrieken in Duitsland. Hierdoor ontstond veel verzet. Nederlandse arbeiders legden hun werk neer op verschillende momenten in mei en april, om dit te laten zien. Ook de boeren deden mee en leverden bijvoorbeeld geen melk meer - hierdoor werd deze staking ook wel de ‘melkstaking’ genoemd.