Het Departement van Volksvoorlichting en Kunsten was een van de nationaalsocialistische afdelingen van de overheid die door de Duitse bezetter in Nederland was opgericht tijdens de Tweede Wereldoorlog. Dit departement had als doel om de nieuws en de pers volledig over te nemen, zodat alles in dienst van de Duitse bezetter werd gemaakt. In de eerste brief wordt de kerkelijke pers in maart 1941 verzocht om te schrijven over het 'communistische vraagstuk'. Vanaf 1941 is Duitsland namelijk in oorlog met de Sovjet-Unie, de totalitaire staat die het communisme aanhing. De Duitse bezetter wil dat de kerkelijke pers de gelovigen attent maakt over het communisme en de 'goddelooze' Sovjet-Unie.
Een maand later krijgt de kerkelijke pers flink op zijn kop over de publicaties die zijn geplaatst waarin een 'vijandige houding tegenover de nieuwe orde' wordt gedetecteerd. Deze brief zie je op de tweede en derde foto. Met de nieuwe orde wordt de Duitse bezetter bedoeld. De kerkelijke pers kreeg een eenmalige waarschuwing om alle dubbelzinnigheid en negatieve uitingen weg te halen uit hun media. Als zij dit niet doen, zullen er harde gevolgen zijn. Dat is censuur - het beperken van de vrijheid van meningsuiting door de overheid.
Even nadenken
Lees de eerste brief goed. Het is duidelijk dat er negatief wordt gesproken over het communisme en de Sovjet-Unie. Waarom zou de bezetter willen dat dit denkbeeld werd verspreid door de kerkelijke pers? En wat zou dit voor effect hebben op de mening over de Duitsers in Nederland?