Dorestad
Hier zien we een oude prent (=een geprinte tekening) waarop de plaats Dorestad te zien is. Omdat ze in de negentiende eeuw weinig over Dorestad wisten, hebben de makers veel fantasie gebruikt voor deze tekening. Opvallend zijn de Vikingschepen die liggend aan de kade of varend op de rivier te zien zijn. In Dorestad kwamen veel Vikingen om te handelen.
Dorestad was een belangrijke plaats in Nederland tijdens de Vroege Middeleeuwen (400-1000 n.Chr). Wat het zo belangrijk maakte was dat handelaren uit heel Noord-Europa hiernaartoe kwamen om spullen te kopen of verkopen. Dat was bijzonder omdat in de Vroege Middeleeuwen reizen lastig en gevaarlijk was. De wegen waren slecht en als je pech had kwam je bandieten tegen. Dus wat deden de handelaren? Ze stapten op een schip en reisden over water.
Dorestad lag aan de rivier de Lek, vlak bij de afsplitsing van de Rijn, waar nu Wijk bij Duurstede ligt. Dit was heel handig voor de handel want door de Rijn omhoog te volgen konden de schepen helemaal naar Duitsland varen. Ook konden de schepen door de rivier de Lek of de Utrechtse Vecht omlaag te volgen de Noordzee bereiken en daarna doorvaren naar Scandinavië, Engeland en Frankrijk. Op deze manier namen handelaren uit verre landen hun spullen mee naar Dorestad en namen nieuwe spullen mee terug.
De bloeitijd van Dorestad was vanaf het einde van de 7e tot het midden van de 9e eeuw zijn geweest. In de 9e eeuw werd Dorestad minder belangrijk. Dit had meerdere redenen en een daarvan was dat de rivier de Rijn verzandde en zich verplaatste, wat het varen lastiger maakte. Ook de Vikingen speelden een rol. Kwamen zij eerst nog als handelaren, later begonnen zij met het plunderen van Dorestad en andere steden in Noord-Europa. De Frankische koningen, die in Dorestad de baas waren, konden de stad niet beschermen tegen deze plunderende Vikingen. Dit betekende het einde van Dorestads bloeitijd maar niet het einde van de handel in Nederland. Tiel, Deventer en later Utrecht namen Dorestads rol als handelsplaats over.